Eiland in de zon?

IN december heeft de fractie van PB Terschelling onderstaande brieven verstuurd naar de volgende instanties:

Minister Plasterk Binnenlandse zaken.

Vaste kamercommissie binnenlandse zaken.

College B & W en raad van Terschelling.

 

Plaatselijk Belang Terschelling        
 
                                                                                          Voor een gemoedelijk en welvarend Terschelling
Aan Onderzoeksraad Integriteit Overheid                 
Postbus 556                               
2501 CN Den Haag                                                                                Aangetekend !                                                              

West-Terschelling, 20 december 2014                                              Spoed !

Geachte raad,

Onderwerp:  vraagtekens bij behoorlijk bestuur op Terschelling

In een van uw publicaties wordt gemeld dat burgers recht hebben op effectief en behoorlijk bestuur en dat misstanden het vertrouwen in de overheid aantasten. Plaatselijk Belang Terschelling ( PBT) deelt deze mening volkomen en probeert daar op ons eiland vorm aan te geven. Dat valt niet altijd mee, misschien omdat een dergelijk kleine gemeenschap door de tijden heen zijn eigen kenmerken heeft ontwikkeld.

Inmiddels hebben zich de laatste tijd op bestuurlijk niveau een aantal zaken voorgedaan, die naar onze opvatting niet gezien kunnen worden als behoorlijk bestuur maar als misstanden. Deze misstanden hebben niet alleen betrekking op het handelen van het college van Burgemeester en Wethouders ( B&W), maar ook op de manier waarop de raad haar controlerende taak zou moeten uitoefenen.

Hoewel niet wereldschokkend, meent de fractie van PBT toch dat er in dit verband sprake is van zekere misstanden, die uiteindelijk het algemeen belang van de eilander gemeenschap schade berokkenen. In bijgevoegd document is getracht een beeld te geven van een door ons en vele burgers als soms ronduit negatief ervaren bestuurscultuur, functioneren en handelen van B & W en gemeenteraad, die afbreuk doen aan de integriteit van de lokale overheid. Die cultuur is opvallend  in strijd met de door de gemeente zelf in 2003 vastgestelde “Gedragscode bestuurlijke integriteit” en soms zelfs ons inziens in strijd met de gemeentewet, te zien in bijgevoegd document. Ondanks volhardende pogingen onzerzijds is het nog niet gelukt om daarin een keer ten goede te zien. Het spijt ons deze stap te moeten zetten, maar het is daarom, dat wij door het doen van deze melding uw hulp inroepen en om een onderzoek vragen op alle door ons aangedragen punten. Het signaal, dat door ons nu wordt afgegeven, geeft aan hoe ernstig dit alles wordt ervaren.

Het is ons bekend dat uw raad met name bedoeld is voor werknemers in dienst bij overheden, als klokkenluider een misstand meldend. Wij menen echter evenveel reden te hebben om door ons gedocumenteerde misstanden te kunnen melden. Het gaat hier niet om de zaak van een gemeentelijke klokkenluider, maar om een ambtelijke wijze van functioneren van de lokale overheid, waardoor de bestuurlijke integriteit in het geding is. Een onderzoek hiernaar kan niet anders dan een plaats hebben in het takenpakket van uw raad. Althans zolang het aangekondigde Huis voor Klokkenluiders nog niet is gerealiseerd.

Pagina 1 van 2
                                                                                                                                

 

Mochten er uwerzijds nog vragen zijn, dan vernemen wij dat graag. Onze complete dossiers zijn uiteraard voor uw onderzoek beschikbaar. Een kopie van deze brief zal door ons ter kennisgeving worden toegezonden aan Raad en B & W van Terschelling.

In afwachting van uw bericht.

Met vriendelijke groet,

 

Guus Schweigmann
Namens de fractie van Plaatselijk Belang Terschelling
Tel: 0562850970 / 0653239276

Bijlagen : document Terschelling, eiland in de zon?   ( 7 pagina’s )
               :  12 bijlagen bij bovengenoemd document 
                  

Terschelling. Eiland in de zon?
Vraagtekens bij het functioneren van het gemeentelijk bestuur
Terschelling, prachtig eiland, parel aan de Wadden, begenadigd met groot aantal zonuren en geliefd bij veel toeristen. Eiland ook waar in bestuurlijke zin het aantal zonuren wel wat omhoog mag, want de relatie burger – lokale overheid is voor verbetering vatbaar. Het begrip burger staat terecht hier voorop, want de overheid is er ten dienste van de samenleving en niet omgekeerd.

Om de samenleving te dienen moet de overheid twee kerndoelen nastreven: recht en gerechtigheid handhaven en het algemeen belang bevorderen. Het eerste is de onmisbare basis voor het laatste. Integriteit, eerlijkheid, vertrouwen etc. zijn zaken, die met name in relatie tot het functioneren van een overheid van het allergrootste belang zijn. Het is dan ook heel goed, dat de gemeente Terschelling voor haar eigen functioneren met het oog op de kwaliteit van het openbaar bestuur  in 2003 een “Gedragscode bestuurlijke integriteit” heeft vastgesteld.

Het gaat daarbij om het handelen van leden van de gemeenteraad, de wethouders en de burgemeester. Aan bestuurlijke integriteit is onlosmakelijk verbonden de bereidheid om verantwoording af te leggen, met name naar de burger voor wie de bestuurders tenslotte hun functie vervullen. De volgende in de gedragscode genoemde kernbegrippen zijn, zonder hier nu dieper op in te gaan, daarbij leidend: dienstbaarheid – functionaliteit – onafhankelijkheid – openheid – betrouwbaarheid – zorgvuldigheid.

Het is op basis van deze begrippen dat het handelen van het Terschellingse gemeentebestuur met betrekking tot een aantal zaken is beoordeeld. De onvermijdelijke conclusie is dat in de gevallen die nog genoemd zullen worden, het gemeentebestuur t.a.v. de door haar zelf gestelde integriteitnormen ernstig in gebreke is gebleven. Van enige zelfreflectie is nog niet gebleken, zodat vooralsnog weinig verandering ten goede valt te verwachten. Dat doet afbreuk aan het belang van de burgerij, de samenleving, dat gebaat is bij en afhankelijk van een integer functionerende overheid.

Dat het op ons eiland niet helemaal goed gaat mag met name blijken uit de manier waarop de zaak “Klokkenluider” zich heeft ontwikkeld. Met name na voorgaande aandacht in de media en nu een spraakmakend artikelen in de Leeuwarder Courant van zaterdag 6 december en maandag 8 december 2014. De door de redactie passend gevonden koppen  als  “Accountant hekelt eigen onderzoek “ (pagina 3) en “Accountant kritisch over eigen onderzoek Skylge” boven het hoofdartikel spreken voor zich. Ter informatie: Skylge is een wat oudere naam voor ons eiland. De artikelen zijn als bijlage 1 en 2  aan dit schrijven toegevoegd en met name het artikel op zaterdag heeft ons uiteindelijk ertoe gebracht om de Onderzoeksraad Integriteit Overheid om een oordeel te vragen. Behalve de “klokkenluideraffaire” zijn er nog een aantal zaken waarop niet met blijdschap wordt teruggekeken en die hierna beknopt worden weergegeven.

Ervaringen met het gemeentebestuur
1. Brief van eilander J. Bos te Formerum, d.d. 27-08-2013, aan de gemeenteraad en college van B&W n.a.v.  vermeende zelfmoord Duitse toerist in relatie tot gemeentelijke handhaving / bestuursdwang. Weigering om volgens de regels met de ingekomen brief om te gaan. Dan is daar in relatie tot deze affaire nog het gegeven dat wethouder T de Jong de raad onware informatie heeft verschaft. Daarover heeft raadslid G. Bos de raad per brief van 10-12-2013 geïnformeerd.( bijlage 3) De raad heeft daar nog niet op gereageerd.  Burgemeester brengt daarbij een niet bestaand besluit in stemming en de raad reageert hier niet eens op. Met blindheid geslagen? Tevens publieke verdachtmaking door burgemeester aan adres raadslid G. Bos (PBT). Voor verdere informatie: zie hierop volgende brief raadslid G. Bos aan de raad en B&W d.d. 10-12-2013 (bijlage 3).
2. Voorvloeiende uit de gemeentewet heeft ook Terschelling een presidium, bestaande uit de vier fractievoorzitters. Daarnaast is ooit ontstaan een z.g. seniorenoverleg, wat om goede redenen dit voorjaar toch maar is afgeschaft. Sommige leden van het presidium zijn zich er niet altijd van bewust, dat deze instelling slechts een adviesfunctie heeft en geen enkele bevoegdheid heeft tot besluitvorming. Het presidium is geen miniraad, die vooraf wel wat kan bepalen. Recent nog weer in raadsvergadering ervaren.
3. Raadslid G. Bos (PBT) vraagt in enkele belangrijke zaken dossiers ter inzage, iets waar hij vanuit zijn functie recht op heeft. Ervaren wordt dat dit tot een moeizame en langdurig communicatie leidt zonder dat dit resultaat oplevert. Voor verdere informatie zie mail d.d. 20-08-2014 en brief gemeente Terschelling, d.d. 22 oktober 2014. ( bijlage 4) Nog steeds niet bevredigend behandeld.
4. Zaak FUMO. ( FUMO= Friese Uitvoeringsdienst Milieu en Omgeving)                                                 Voor zover bekend, is zonder mandaat van de raad de FUMO ingeschakeld. Als gevolg van haar falen zijn in precaire zaken noodgedwongen “van rechtswege” vergunningen verleend. Raadslid G. Bos ( PBT) krijgt nog steeds geen inzage in het hele dossier FUMO om te zien of de gemeente wel een waterdichte overeenkomst heeft en of gemeentelijke aansprakelijkheid voor claims wel is afgedekt.
5. PBT bereiken klachten van burgers dat zij op hun brieven geen reactie van de gemeente krijgen. Meerdere fracties hebben hiervoor aandacht gevraagd in recente vergaderingen.
6. PBT ervaart dat op haar schriftelijke vragen soms niet binnen de vereiste tijd van 30 dagen antwoord wordt gekregen, dit zonder een beargumenteerde verlenging te ontvangen.
7. Het college van B&W verspreid naar de raad een leugenachtig bericht over de positie van raadslid G. Bos (PBT) m.b.t. het klokkenluiderdossier. Zie de brief van 5-10-2014 (bijlage 5). Op een eis tot rectificatie en excuus wordt niet ingegaan. Toen raadslid G. Bos dit in een openbare vergadering van de raadscommissie vervolgens ter sprake werd gebracht werd hem het spreekrecht ontnomen(zie punt 8).
8. Raadslid G. Bos ( PBT) is bij herhaling in zijn spreekrecht door onterecht optreden van dan functionerende voorzitter ernstig belemmerd. Op 7 oktober j.l. is dat hem in een openbare vergadering ontnomen en is voortzetting door een onwettige stemming verhinderd. Door raadslid G. Bos is daarna een officiële klacht tegen de voorzitter ingediend (zie bijlage 6). De afhandeling daarvan is op volkomen onterechte gronden in het presidium van 10 november belemmerd en gefrustreerd. Een nieuwe inbreng van deze zaak in het presidium van 1 december j.l. door fractievoorzitter G. Schweigmann ( PBT) is op hoogst onfatsoenlijke wijze ontvangen en opnieuw gefrustreerd. Door hem hiervoor aan de andere 8 aanwezigen uitgereikte notitie (zie bijlage 7) werd door de meesten botweg geweigerd in ontvangst te nemen. Er zijn inmiddels 2 maanden verstreken sinds de klacht schriftelijk is ingediend en met de klacht is nog niets als “belemmeren”gedaan. Zelfs tot het aan de raad voorstellen van een afhandelingprocedure is het nog niet gekomen. Wel is in die tussentijd in de vergaderingen van  4 en 25 november raadslid Bos opnieuw ten onrechte belemmerd in zijn spreken. Men luistere daarvoor de desbetreffende geluidsopnamen af.
9. Klacht G. Bos gericht tegen college van B&W.
De in punt 7 en 8 aangegeven door B&W over G. Bos verspreide leugen heeft tot een “bypassreactie” van het college geleid. Echter een goed en fatsoenlijk bestuur is geen vorm van communicatief biljarten oftewel via zijdelingse manoeuvres werken. Het is om die reden dat door raadslid G. Bos ( PBT) een officiële klacht is ingediend bij de raad en raadscommissie van Terschelling. Zie brief 20-11-2014 (bijlage 7). Dat is inmiddels ook alweer 2 maanden geleden. In 2000 is door de gemeente de “Interne Regeling Klachtenbehandeling Terschelling” vastgesteld.
Art. 3 zegt dat direct informatie over de verdere procedure moet worden verstrekt.(nog niet gedaan)
Art. 5 geeft aan dat een klacht tegen het college in eerste instantie moet worden onderzocht door de fractievoorzitters. Hierover is nog niets vernomen.
Art. 6 zegt dat binnen 4 weken klager schriftelijk in kennis moet worden gesteld van in behandeling nemen. Eventueel schriftelijk te verlengen met 4 weken ( art 15). Anders moet binnen 6 weken na indienen schriftelijk en gemotiveerd klager in kennis worden gesteld van de bevindingen en eventuele conclusies ( art.14). Het is duidelijk dat de gemeente t.a.v. haar eigen regeling volledig in gebreke blijft, wat op zich al weer een klacht waard is.
10)   De Klokkenluideraffaire
Een ambtenaar van de gemeente Terschelling doet op 28 april 2014 een interne melding over financiële misstanden bij de burgemeester. Ook Terschelling is als gemeente aangesloten bij de Onderzoeksraad Integriteit Overheid. Op grond daarvan wordt aangenomen dat de “Gewijzigde Voorbeeldregeling Melding Vermoeden Misstand 2013” ook hier van toepassing is. Bij gebrek aan informatie is niet helemaal helder wat nadien intern is gepasseerd. Bekend is gemaakt dat de burgemeester de Commissaris van Koning (CvK) heeft geïnformeerd en dat een extern bureau een onderzoek heeft verricht. De klokkenluider is merkwaardigerwijs daarbij niet gehoord! Het bureau blijkt de “huisaccountant” van de gemeente te zijn en de burgemeester is portefeuillehouder financiën. Dat laatste doet de vraag rijzen of hij wel de eerst aangewezene is om deze “kar” te trekken. Meer bijzonderheden zijn nu bekend door de eerder genoemde uitgebreide publicatie in de Leeuwarder Courant van 6 december jl. Vermeldenswaard is nog dat de gemeente naar buiten toe het probleem presenteert als een intern arbeidsconflict. Iets waar PBT niet van overtuigd is en wat onderzocht moet worden.
De uitkomst van het ingestelde onderzoek is vervolgens door de burgemeester op 18 augustus aan het presidium medegedeeld. Daarbij is hen geheimhouding opgelegd. Een vraag die hierbij direct rijst is in hoeverre een presidium, niet zijnde de raad, geheimhouding kan worden opgelegd. De gemeentewet ( GW) lijkt hiertoe geen ruimte te bieden. Het antwoord op deze vraag is nogal van betekenis, omdat uit het etiket “geheim” nogal wat onheil is voortgekomen, zoals: fractievoorzitter G. Schweigmann ( PBT) beschuldigd werd van lekken, met merkwaardigerwijs een informatief bezoek van de burgemeester aan de hoofdofficier van Justitie in Groningen. Zonder aangifte etc. Is dit een gangbare procedure? Het Openbaar Ministerie (O.M.) zag geen reden tot actie. De betrokken fractievoorzitter werd verzocht om bij het O.M. te komen om daar te horen dat hij wel schuldig was, maar dat hij niet zou worden vervolgd. Sinds wanneer “veroordeelt”in dit land het O.M. in plaats van de rechter? En dat nog zonder aangifte. Of is dit een wat te close gebeuren tussen een burgemeester en het O.M. en gaat het O.M. hier misschien buiten zijn boekje? Ook dit is een vraag die beantwoord moet worden. Ook al omdat de fractievoorzitter hierdoor zijn inziens onterecht onder druk is gezet en opgezadeld met een advocatenrekening. Met dank aan de burgemeester.
Vervolgens heeft raadslid G. Bos, tevens plaatsvervangend fractievoorzitter, langdurige pogingen ondernomen om in de zaak inzicht te krijgen, daarbij stuitend op weigering vanwege “geheim”. Het gaat te ver om al wat gepasseerd is hier nog te noemen, maar uit die (ten onrechte?! ) uitgezette koers van “geheim” zijn uiteindelijk ook de klachten als genoemd onder 7) en 8) voortgekomen. Plaatselijk Belang Terschelling ( PBT) volgt het handelen van B&W ten aanzien van de zaak "Klokkenluider"nauwlettend, niet alleen vanwege het algemeen belang maar ook omdat zij van het prille begin over in haar ogen betrouwbare informatie beschikt.

Ervaringen met de burgemeester
In het functioneren van het lokale gemeentelijk bestuur heeft een burgemeester een centrale en belangrijke rol. Dat is op Terschelling niet anders. Een terugblik op de rol van de burgemeester van Terschelling levert een aantal momenten op waarbij een serieus vraagteken moet worden gesteld. Waar gewerkt wordt, worden fouten gemaakt. Maar er zijn ook wetten en regels, waarmee niet anders dan op de juiste wijze mag worden omgegaan. En op dat punt is er in de ogen van PBT toch sprake van verwijtbaar handelen. Met betrekking tot de burgemeester wordt het volgende geconstateerd:
1) De burgemeester brengt zonder goede reden de integriteit van raadslid G. Bos aan de orde in de openbare raadsvergadering van 26 november 2013.
2) Wederom twijfel bij de integriteit, maar nu op zijn aanstelling als lid van de Voorzitterscommissie ( VC) voor de nieuw te kiezen burgemeester in het presidium van 25 augustus 2014. Zie brief G. Bos aan college d.d. 31-08-2014 ( bijlage 8)
3) Op een schriftelijke vraag van raadslid G. Bos om inzage in het onderzoeksrapport naar de klokkenluider, wordt door de burgemeester per e-mail. d.d. 27-08-2014 aan fractievoorzitter G. Schweigmann gereageerd met de mededeling, dat die vraag als niet gesteld wordt beschouwd en derhalve niet beantwoord. Ongekend! ( zie bijlage 9)
4) In de Terschellinger van 2 oktober 2014 wordt i.v.m. de klokkenluideraffaire door de burgemeester gemeld dat hierover een vertrouwelijk rapport is verschenen en dat naar alle raadsleden is gestuurd. In werkelijkheid alleen mondeling medegedeeld aan de 4 fractievoorzitters in het presidium op 18 augustus en na lang duwen en trekken van de fractie van PBT ligt het rapport alleen ter inzage bij de griffier vanaf 3 oktober.
5) Namens het college schrijft de burgemeester in een vertrouwelijk aangetekend schrijven aan alle raadsleden dat raadslid G. Bos zijn vraag om inzage in de zaak "Klokkenluider"heeft ingetrokken. Dit in volledige strijd met de werkelijkheid en in strijd met de hem toegezonden schriftelijke ontkenningen op dit punt van zowel de heer G. Bos als diens fractievoorzitter G. Schweigmann.
6) De fractievoorzitter van PBT vraagt met verwijzing naar de gemeentewet op 10 en 22 november een extra openbare raadsvergadering aan (zie bijlage 10). Inmiddels is er een maand verstreken en nog niets positiefs hierover gerealiseerd. Wel wordt er op basis van valse argumenten zowel in het presidium als bij de burgemeester weerstand ervaren. Het presidium heeft hierin geen enkele bevoegdheid, maar gedraagt zich wel als zodanig. De voorzitter van de raad (zowel de burgemeester als zijn plaatsvervanger) wel, maar deze verzaakt zijn in de wet vastgelegde plicht. Er wordt een wat algemene houding ervaren van bestuurders die de wet op dit onderdeel gewoon naar hun eigen hand zetten. De burgemeester moet gezien zijn achtergrond en ervaring zich daar van bewustzijn.
Raadslid G. Bos heeft zijn positie in deze al aangeduid als: dit lijkt op ambtmisbruik!  Hoe het ook zij, deze gang van zaken is in strijd met de gemeentewet en volkomen onacceptabel.

Beslotenheid en geheimhouding i.v.m. zaak "Klokkenluider"
Art 23 Gemeentewet (GW) stelt dat:                                                                                                                   –  De vergadering van de raad in het openbaar wordt gehouden                                                                       –  De deuren worden gesloten, wanneer tenminste een vijfde van het aantal raadsleden dat de         presentielijst heeft getekend, daarom verzoekt of de voorzitter het nodig oordeelt                                     – De raad beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden vergaderd.
Art 25 GW stelt:
– De raad kan op grond van een belang, genoemd in art. 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB)omtrent het in een besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van de stukken, die aan de raad worden overlegd, geheimhouding opleggen. Geheimhouding omtrent het in een besloten vergadering behandelde wordt tijdens die vergadering opgelegd. De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren en allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat de raad haar opheft.
= Op grond van een belang, genoemd in art. 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB), kan de geheimhouding eveneens worden opgelegd door het college, de burgemeester en een commissie, ieder ten aanzien van de stukken die zij aan de raad of aan leden van de raad overleggen. Daarvan wordt op de stukken melding gemaakt.
= 3. en 4. zijn hier minder relevant. Alle tekst van art. 25 GW bestuderende is de eindconclusie dat hoe dan ook de uiteindelijke bevoegdheid bij de Raad ligt, als hoogste gezag in een gemeente.
Ten aanzien van het functioneren van het gemeentelijk bestuur is allereerst de gemeentewet van belang. Daarin staat ook dat een gemeente een reglement van orde moet vaststellen (art 16 GW). De raad van Terschelling heeft dit Reglement van Orde ( R.V.O.) vastgesteld.
Belangrijk is te beseffen dat het reglement op geen enkele wijze met de gemeentewet in strijd mag zijn en dat de wet altijd boven het reglement staat. In genoemd reglement wordt onder hoofdstuk 8 de besloten vergadering ook geheimhouding behandelt. In het R.V.O. van Terschelling wordt gemist wat in art. 23.GW wordt gezegd over het tot stand komen van een besloten vergadering. Dat is een zaak die zodoende makkelijk aan de aandacht ontsnapt.
Art. 23 lid 2 GW geeft aan hoe een besluit tot een besloten vergadering tot stand moet komen: op voorstel van de voorzitter of op voordracht van meer dan 1/5 deel van de aanwezige raadsleden. In het eerste geval ligt de beslissing bij de raad. Het is dus niet zo dat een burgemeester als voorzitter eigenmachtig een vergadering de status besloten kan geven. Zonder een positieve beslissing van de raad is er in juridische zin in dat geval geen sprake van een besloten vergadering!
Naar aanleiding van de zaak ”Klokkenluider”, heeft de burgemeester een aantal “besloten” (B) raadvergaderingen georganiseerd, waarbinnen ook “geheimhouding” een plaats heeft gekregen.
Deze vergaderingen waren:
• B 16 september 2014,
•     23 september 2014, geheimhouding niet bekrachtigd
• B 29 september 2014, geheimhouding wel bekrachtigd
• B   3  november 2014, geheimhouding wel bekrachtigd
• B   4  november 2014, direct gevolgd door een tweede maar nu openbare raadsvergadering, niet bekrachtigd
• 24 november 2014, geheimhouding wel bekrachtigd
In de bijeenkomst van 16 september is door de burgemeester onder verwijzing naar art. 45 RVO als besloten vergadering bijeengeroepen. Dit is wat merkwaardig, want  de letterlijke tekst hiervan is:
Art.45 Algemeen
Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van dit reglement van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.
Los van het feit dat de burgemeester niet eigenmachtig de status besloten bepaalt, staat er over de procedure om tot beslotenheid te komen helemaal niets in het reglement. Derhalve heeft een beroep op art. 45 dus geen enkele betekenis. De status besloten vergadering is daarnaast ook al niet aan de orde, omdat de raad toen op geen enkele wijze conform art. 23 lid 3 GW een beslissing heeft genomen om inderdaad met gesloten deuren te vergaderen. Vooralsnog moet geconcludeerd worden dat de burgemeester wat een advies aan de raad had moeten zijn, als een eigenmachtig besluit aan de raad heeft gepresenteerd, ook nog met een onjuiste verwijzing. En de raad heeft, zonder haar bevoegdheid in deze te beseffen, deze gang van zaken als vanzelfsprekend geaccepteerd. Er blijft geen andere conclusie dan dat in juridische zin er geen sprake is van een besloten vergadering. Opgemerkt wordt voorts dat uit het verzenden van uitnodigingen voor een beoogde besloten raadsvergadering blijkt dat men de procedures niet helemaal helder heeft. Zo zijn er op gemeentelijk briefpapier bijvoorbeeld voor 29 oktober en 3 november door burgemeester en raadsvoorzitter J.H. Bats raadsleden opgeroepen voor een besloten vergadering.  De gemeentewet maakt duidelijk dat dit helemaal niet kan. Het geeft wel aan hoe het denken met betrekking tot "besloten" functioneert. Volgens de GW had een gewone raadsvergadering bijeengeroepen kunnen worden, met mogelijk publiek op de tribune en dat was dan het moment geweest om op voorstel van de voorzitter de raad middels stemming over beslotenheid te laten beslissen. Op voorhand al een besloten vergadering oproepen is dus gewoon in strijd met goed bestuur volgens de gemeentewet.
Komt nu het punt “geheimhouding”aan de orde. Dit aspect wordt behandeld in art. 25 GW. Met verwijzing naar deze tekst blijkt dat lid 1 niet van toepassing kan zijn, want de geheimhouding ging niet uit van de raad, noch was daar, zie hier boven, in juridische zin sprake van een besloten vergadering. De gang van zaken kan wellicht onder lid 2 worden gebracht, want het initiatief tot geheimhouding gaat uit van de burgemeester als raadsvoorzitter. In lid 2 wordt echter uitsluitend gesproken over geheimhouding van stukken en niet van wat ( mondeling ) is medegedeeld. Stukken zijn toen niet uitgereikt. Op niet bestaande stukken kan ook niet het vereiste opschrift “geheim”worden aangebracht.
Er blijft geen andere conclusie dan dat de voorzitter zonder procedureel en juridisch juiste basis eigenmachtig de status “geheim” heeft afgekondigd. In geval van een rechterlijk oordeel zal zijn handelswijze naar verwachting niet overeind blijven. Anders zou het ons inziens zijn geweest als de voorzitter een voorstel dienaangaande had gedaan aan de raad, die dan op grond van art 25, lid 1 GW geheimhouding had op kunnen leggen. Voor de juridische kwaliteit ervan was het dan nog essentieel geweest om met verwijzing naar de W.O.B. art. 10 het daarin genoemde terzake zijnde algemeen belang nauwkeurig te benoemen. Het belang hiervan, nauwkeurige vermelding van reden waarom, is door de griffier van de gemeente nog nadrukkelijk in een interne memo aan het presidium van najaar 2013 genoemd!  Nergens wordt bij al het hanteren van het begrip “geheim” voor verantwoording en argumentatie ook maar verwezen naar de W.O.B. met zijn specifieke gronden.  Zo krijgt het gebruik van deze toch ingrijpende maatregel een willekeurig karakter, wat niet alleen onjuist is maar ook in strijd met open en verantwoording afleggend bestuur.
Uit waarneming en ten dienste staande informatie blijkt dat voor geen van de besloten vergaderingen de hierboven genoemde vereiste procedure is gevolgd. Nimmer heeft een stemming over wel of niet besloten zijn plaatsgevonden.
Dat kan niet anders betekenen dan dat de status besloten niet aan de orde is, geen juridische betekenis heeft en iedere vergadering dus als openbaar is te beschouwen. Dat betekent dat dan ook art. 25 lid 1 GW ( het opleggen van geheimhouding) niet van toepassing had kunnen zijn, want daarin wordt een besloten vergadering als eis gesteld.
De eindconclusie  is dat voor de rechter op grond van al deze gebreken het begrip geheimhouding naar verwachting als zonder rechtsgrond zal worden beschouwd. Een zodanig oordeel zou een overwinning zijn voor het veiligstellen van een correct, transparant  integer en waarlijk democratisch openbaar bestuur. Aangenomen moet worden dat bij een diepgaand onderzoek het begrip "geheim"toch niet als afdekking zal kunnen functioneren om de waarheid boven tafel te krijgen. Tegen die achtergrond bezien, worden de beide "waarschuwende " brieven van B&W , d.d. 17 en 27 november 2014 ( bijlage 11) aan PBT dan ook als enigszins intimiderend ervaren.

Fractie van Plaatselijk Belang Terschelling
20 december 2014
N.B: Bij dit document behoort de aanbiedingsbrief van 20 december 2014, waarmee het is toegezonden aan de Onderzoeksraad Integriteit Overheid te Den Haag. Ook hoort hierbij een afzonderlijke map met de 12 bijlagen hierboven genoemd, welke is voorzien van een inhoudsopgave.

 

 

 

 

 

 

 

 


Geplaatst

in

door

Tags: